vrijdag 11 november 2011

Speldjes

In het winkelcentrum is een nieuwe Hema geopend en daar wandelen we kalmpjes doorheen. “Kijk mam, grijze speldjes. Heb je die nog nodig?” Ik houd ze naast haar opgestoken haar en zie dat ze er goed bij kleuren. “Altijd handig. Maar ik heb geen tas bij me en dus ook geen geld.” “Ik schiet wel even voor.” “Dat is goed, maar ik betaal het straks terug hoor.” Ik loop achter de rolstoel met uitzicht op mijn moeders kapsel. Iedere medewerkster is altijd weer verbaasd als ze hoort dat mijn moeder dat dagelijks zelf voor elkaar maakt. Voor ze de deur uitgaat, wil ze ook altijd van me weten of haar haar nog wel goed zit.

Misschien is dat wel de reden dat de receptioniste vandaag tegen me zegt: “Ah, u bent de dochter van mevrouw Van Dijk”, als ik haar een invulstrookje overhandig. “Leuke vrouw, een beetje een dame.” “Ja, dat klopt wel. Ik ben de gewone in de familie”, grap ik maar. Mijn moeder een dame? Ik zie het niet direct, maar deze middag schittert het er af en toe inderdaad doorheen. Net even anders, maar niet hautain. Vind ik dan, maar ik kan bevooroordeeld zijn.

Het zit er al generaties in weet ik, als ik me zo de foto’s van mijn moeders voorouders in gedachten neem. Haar vader had het en haar grootvader, die toch, volgens de neef die ik gisteren sprak, een gewone vlasboer was. Maar ik herinner mij foto’s van mijn overgrootvader naast zijn broer: beiden vlasboer, maar ieder met een heel andere manier van staan. De ene als boer, een sterke werker, de ander ook sterk, maar vooral aanwezig. Het is mij totaal duidelijk: met mijn overgrootvader viel niet te spotten. Net zo min als met mijn grootvader, al had ik, als jongste en meest dwarse kleindochter, daar soms maling aan, iets wat hij ook wel kon waarderen, want was hij zelf ook niet zo?

Mijn moeder is milder, of meer: toont milder. Als dingen haar werkelijk niet zinnen, zal ze dat laten blijken. Altijd in het nette, nooit met grove taal, maar vooral in haar houding. Dan recht ze haar rug en krijgen haar ogen de felheid die haar tante al in haar baby-blik zag. Het is waar, daarin zie je de dame nog.

En in haar kapsel natuurlijk. Wanneer we in de groep zitten waar ze aan het eind van de middag koffie drinkt, kijkt ze me ineens nadenkend aan. “Krijg jij niet nog iets van mij?”, vraagt ze. Ik denk even na en herinner me dan de haarspeldjes. “Het was ongeveer een euro, maar ik kan het je ook schenken.” “Nee hoor, ik betaal het even terug.” In stilte verbaas ik me. Ze weet precies wat ze uit haar portemonnee tovert, maar bovenal is blijven hangen dat ze mij nog iets verschuldigd was. Meestal zeg ik “Ik schiet het wel even voor”, om vervelende situaties te voorkomen, maar blijkbaar moet ik daar toch mee uit gaan kijken. Mijn moeder onthoudt meer dan ik denk.

2 opmerkingen:

  1. 't Is soms zo wonderlijk. Mijn pa vergeet zó veel, maar dat hij ooit één dag naar de dagopvang is geweest, dat vergeet hij niet: 'dat was verschrikkelijk'

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dat heb ik wel meer gehoord en bij mijn moeder ook wel gezien: dingen die heel veel (negatieve) indruk maken, zoals beangstigende situaties, blijven best een tijd hangen. Maar zoiets als een euro terugbetalen, dat onthoudt ze nooit. Dus niet nooit ;-).

    BeantwoordenVerwijderen